Historie

De boerderij dateert van begin twintigste eeuw, toen het gebied achter het oorspronkelijke Linde werd ontgonnen. Eigenaar Podt herbouwde hem na een brand in 1935. Daarna pachtte de familie Heerspink de boerderij.
In de oorlog verborgen ze er onderduikers en gaven de boerderij ook de naam Beatrixhoeve, als teken van hoop op betere tijden.

In 1953 werden Adrianus Kool en Marrigje Lekkerkerker, de grootouders van Marga Kool, door de watersnoodramp verdreven uit Zeeland. Ze kochten de boerderij in Linde op het hogere veilige Drentse land. In 1960 namen de ouders van Marga de boerderij over en boerden er tot begin jaren ‘70. Wegens zijn gezondheid maakte Jan Kool toen gebruik van de saneringsregeling en kwam de schuur leeg, op een paar gestalde caravans na. Marga Kool schreef daarover het Drentse gedicht ‘Saneerd’.

Saneerd
Verroeste pullen in de schure
spantouw en peerdebit
het zwarte weideapparaat zit
uutgediend an d’ achtermure

drei caravans: nikkel witte lak
schuult spottend onder ’t old gebiente
en zachies mokkend geurt het dak

de olde boer, zo old nog niet
mar veuls te klein
veur de schaal van dizze tied
vult lange witte dagen
mit ophemmeln, holties zagen
hij reddert op ’t bevreuren arf
dat alle dagen kaler liekt
wieder op-eschoond
vrömden die ’s zundags Drenthe kiekt
of zuukt naor stee, remt òf:
heur liekt het boerderijgie
onbewoond

en maonden lange
al kan hij beter weten
blef hij veur ’t slaopen
drouwend naost zien bedde staon
bevrömd, bezwaord umdat hij is vergeten
achter de biesten langes te gaon

Uit: Achter oen Ogen, Het Drentse Boek, 1982

Tot haar 94e levensjaar woonde de moeder van Marga Kool in de Beatrixhoeve. Na haar vertrek bleef het voorhuis een woonruimte. Het achterhuis is gestaag omgebouwd tot theaterruimte.